Dochtertje Fleur en vrouw Linda zijn een weekendje weg. Fleurtje mag leuke dingen doen met mama omdat ze haar sleutelbeen heeft gebroken. Ze verblijven in het huis van mijn schoonouders, die zelf een weekendje met de caravan weg zijn. Zij wonen dicht bij de manege waar Fleurtje dikke maatjes is met de boer. Regelmatig mag ze mee op de tractor en er loopt daar een hond rond die helemaal verliefd is op Fleurtje. Die verliefdheid is wederzijds. Uren kunnen ze met elkaar doorbrengen. Mijn schoonouders hebben ook een ligbad. Aangezien wij thuis alleen maar een douche hebben is dat sowieso een feest.
Ik kan goed alleen zijn, maar het voelt toch vreemd als ik ze niet om me heen heb. Dochtertje Fleur en vrouw Linda. Dat het vreemder voelt dan vroeger is natuurlijk logisch omdat de interactie met anderen, door Corona, tot een absoluut minimum is beperkt. Dat maakt de dagelijkse omgang met de gezinsleden extra belangrijk. De laatste tijd trekken vrouw Linda en dochtertje Fleur er vaker op uit. De behoefte naar een normaal bestaan is niet langer volledig in te dammen.
Ik hoef denk ik zo langzamerhand niet meer uit te leggen dat ikzelf daar niet aan toe kan geven. Risicogroepen enzovoort. Enfin, je kent het wel. Als zij weg zijn ga ik meestal op mijn dooie akkertje klusjes in of rond het huis doen. Vandaag is de tuin het plan. Net als ik met een kop koffie moed zit te verzamelen krijg ik een WhatsAppje van mijn oudste dochter. Of ze langs mag komen met m’n kleinzoon. Nou, graag!
Aangezien dat nog wel even kon gaan duren, ben ik gestart in de tuin. De klimop bijgeknipt. De strontstrook van de katten leeggeschept. Blad geharkt en schuttingherstelwerk verricht. Allemaal in een tempo dat ik niet apegapend ter tuinaarde zou storten. En toen was daar Pim. De altijd lachende Pim. De Pim die je al je zorgen met één schaterlach doet vergeten. Mijn kleinzoon. Díe Pim. Voor mijn dochter en haar man is het een ‘rondje’ Hilversum. Zij wonen tegenwoordig in Eemnes, dus bezoekjes aan familie en vrienden moeten gecombineerd worden. Logisch.
Na Opa staat een bezoek aan Andere Opa op het programma. Bij mij heeft kanker behoorlijk huisgehouden, maar ook daar gaat het flink tekeer. Andere Opa’s vrouw heeft, net als ik, keelkanker gehad. Haar behandeling is inmiddels al een tijdje afgelopen. Gelukkig heeft zij geen operatie nodig gehad. Chemo en bestraling zijn daar vooralsnog afdoende geweest. Het gaat goed. Bij ander Opa is het doffe ellende. Hij is net weer terug uit het ziekenhuis en zit onder de morfine. Het zit in z’n beenmerg. Hoe dat af gaat lopen is nog ongewis.
Als mijn Hoog Bezoek weer onderweg is peins ik verder over de situatie bij Andere Opa thuis. Ik ruim de schuur nog op en dan ben ik het zat. Andere Opa zit nog steeds in mijn hoofd. Ik denk dat het Hoge Bezoek hem in ieder geval goed zal doen.
De delegatieleider is namelijk onze kleinzoon Pim.
Disclaimer: gratis lezen mag, doneren is genezen en kan via:
vadertje.backme.org