Mijn aanstaande ex Linda is nu anderhalve week terug van haar innerlijke zoektocht op Curaçao. Ik weet nog steeds niet wat ze heeft gevonden. In ieder geval geen liefde voor mij. Anders had ik dat wel gehoord. Neem ik aan. Ik schreef al eerder dat we nu leven volgens de regels die we opgesteld hebben in het ouderschapsplan. Dat is nogal wennen voor me. De slijt zit een beetje in mijn flexibiliteit. Mijn week is verdeeld in twee compleet andere werelden, waaraan ik nog niet ben gewend. In ieder geval aan één van de twee niet. Van zondagavond tot en met donderdag ochtend is dochtertje Fleur (7) bij mij en de rest van de tijd bij moeder Linda. De routine die leidend is met Fleur is het makkelijke gedeelte. Daar is een vast stramien voor nodig waar ik al een hele tijd aan deelnam. En die tijdspanne is gevuld met leven. Het leven van Fleur is druk. Druk met school en druk met spelen. Veel spelen. Bijna dagelijks speelt ze óf bij een vriendinnetje óf met een vriendinnetje bij mij. Vaak bij mij. Ondanks de moeizame herstart na mijn keeloperatie (verlies spraakvermogen en een gaatje in m’n keel) zijn alle kinderen nu zonder angst voor mij. Die leuke vader die opeens eng was.
Gelukkig maar. Voor Fleur.
Als ik Fleur donderdagochtend naar school heb gebracht is het stil. Stil om me heen. Stil in huis. Met m’n ziel onder m’n arm loop ik soms doelloos door huis en tuin. Geen vast ritme, geen vaste gewoontes. Soms moet ik erom lachen. Ik, die vroeger van kraakpand naar kraakpand hopte en sliep waar ik moe werd, heb ik nu behoefte aan houvast. Gedeeld houvast. Ik mis vooral de kleine dingetjes die de handvatten zijn om je te behoeden voor een verloren gevoel. Met Linda heb ik dat het grootste gedeelte van onze relatie gehad. Banale dingetjes zoals een liedje dat elke stel zich heeft toegeëigend. Ons liedje was Black & Gold van Sam Sparro. En bepaalde woorden of een zinnetje. Bij ons was dat “wat moet ik zonder jou beginnen?” waarop het vaste antwoord “ja, niks, natuurlijk!” was. Als ik terugdenk dan hadden we een berg ‘gezamelijkheidjes’. Dat kan uiteraard ook niet anders over een periode van 13 jaar. Waarvan 7 getrouwd (seven year itch?).
Dat leven van donderdag tot zondagavond zal nog wel even het stille water blijven tot de sluis open wordt gezet. Die sluis is de verslindende onduidelijkheid. Geduldig wacht ik op antwoorden. Maar dat gebeurt in pijn. Ik heb Linda nu een paar keer gezien. En de omgang is neutraal en gaat over Fleur of zaken die bij een scheiding horen. Ik heb Linda gevraagd of ze bereid is mij op enig moment ná haar terugkeer uit Curaçao, uit te leggen waar en hoe het is misgegaan. Dat heeft ze toegezegd. Ik hoop dat ze binnen afzienbare tijd de bereidheid vindt om mij uit dat lijden te verlossen. Ik zoek geen strohalmen terug onze relatie in. Die is voorgoed voorbij. De onwetendheid moet weg. Het vreet als de kanker aan me.
Ooit heeft Linda me verteld dat ze vroeger ‘shallow as hell’ was. Ik hoop bij alles wat me lief is dat mijn antwoorden niet in die categorie liggen. Dan zou ik me hebben vergist, zoals ik me nog nooit eerder heb vergist. Hoe dan ook moet de sluis open. Het water moet weer stromen.
Vrede moet er godverdomme komen. In mijn eenzame hel.