Godverdomme. Jan Rot gaat dood. Een generatiegenoot. Fijn mens. Muzikant. Zanger. Schrijver. Dichter. En gezinsman. Vier kinderen en een vrouw. Kanker. Hij had, net als ik, een tumor die is weggesneden. Alles leek in orde. Het ziekteverloop verliep gunstig en er waren geen onaangename verrassingen. Hij voelde zich goed. Wel vaak moe. Na een paar maanden was hij nog steeds moe. In een periode dat het beter zou moeten gaan, ging het niet beter. Ongerustheid nam toe. Hij wist dat er af en toe een vlekje kon opduiken, maar dat zou vrij eenvoudig met bestraling onder controle te houden zijn. Maar ja, die blijvende vermoeidheid.
Toch maar even een scan laten maken. En toen kreeg hij, zoals hij zelf zei, die ene zin te horen die in boeken staat en in films te horen is: “We hebben heel slecht nieuws. U wordt niet meer beter.” Ongeloof. Ik herken het. Je zit meteen in de Twilight Zone. Jan Rot is 63. Hij zegt dat hij waarschijnlijk de 70 niet haalt. Zelfs niet de 65. Aankomende Kerst wordt kielekiele. Waarschijnlijk heeft hij maximaal een jaar. Hij weet het sinds een week.
Ik luister naar hem. Hij is gast bij Op1. En ik krijg tranen in mijn ogen.
Niet vanwege het afschuwelijke drama dat hem en zijn gezin overkomt. Maar van de reflectie die zich aan me opdringt. Ik zie de oude beelden van Jan Rot en zijn kinderen. Hij zit achter de piano met een peuter op schoot die nu om en nabij de 10 jaar (of iets ouder) is. Hij is gelukkig. Hij zingt een vertaling van My Way. Dat doet Jan Rot ook al heel lang. Vertalingen van liedjes die hij mooi vindt en ze daarna zelf zingt. De peuter eet een appeltje terwijl ze bijna in haar vader kruipt. Zo dicht zit ze tegen hem aan. Een liefdevol plaatje. Er komen nog wat plaatjes voorbij. Gelukkige plaatjes. Plaatjes die me aan mijn eigen ‘plaatjes’ deden denken.
Zijn geliefd gezin zal waarschijnlijk tot ’t eind bij hem zijn. Inclusief de vrouw waarmee hij de onderweg naar zijn einde gaat. Die alles samen met hem heeft doorstaan. Ik vermoed dat die gedachte hem enige troost biedt. De opwelling van vocht in mijn ogen zit ‘m daar in. Onlangs is mij een belangrijk stukje van dat troostende vergezicht ontnomen. En dat maakt me op de een of andere manier intens verdrietig. Natuurlijk staan mijn kinderen me bij, maar er ontbreekt iemand. Diegene waar je alle ellende mee hebt gedeeld. Degene die overal bij was. Die alles als eerste wist. Die je het gevoel gaf er niet alleen voor te staan.
En of je het nu wilt of niet, dan is er óók de traan.
Disclaimer:
Gratis lezen mag, doneren is tof en kan via:
vadertje.backme.org