Koesteren

Elke dag staat de wereld een beetje meer in de fik. Verreweg het grootste deel van de wereldwijde ‘brand’ wordt veroorzaakt door de mens. U en ik. Niet zelden wordt de lont al in het stemhokje aangestoken. Verkiezingen waar ook ter wereld, zetten de toon voor het te verwachten beleid voor wat betreft milieu, klimaat, energie, enzovoorts. Er is, ondanks de onontkoombare doemscenario’s, toch maar een klein deel van de kiezers die hun keuze laten bepalen door globale problematiek. Raar, maar ook begrijpelijk. Men beseft tot op zekere hoogte best dat globale rampspoed ook henzelf raakt, maar dat is vrij makkelijk abstract te maken als je (nog) niet direct door tsunami’s, aardbevingen en overstromingen wordt getroffen.

Het merendeel van de mensheid wil gewoon een prettig leven. Genieten van welvaart (“Ik heb er toch hard voor gewerkt?”). Een nog veel groter gedeelte is zich helemaal niet bewust van globale problematiek, maar levert dagelijks strijd om een bord eten op tafel te krijgen. Voor die mensen is leven overleven en dat is een dagtaak. Geen ruimte voor andere problemen. Logisch gevolg is dat een groot deel van de mensheid kiest voor verbetering van de directe leefomgeving. Ik heb altijd gedacht dat het voornamelijk de massale stupiditeit is van het overgrote deel van het menselijk ras dat verantwoordelijk is voor het om zeep helpen van onze planeet.

Dat denk ik overigens nog steeds, maar er is meer.

Onze sterfelijkheid.

“Het zal mijn tijd wel duren.” Een cliché dat de weg plaveit naar een onbekommerd bestaan. “Geniet van het leven, het duurt maar even.” Nog zo’n verdachte regel. Op zich zien die twee zinnetjes eruit als de standaard tegelwijsheden, maar het zijn wolven in schaapskleren. Sussende mantra’s die wegmoffelen van ongemak mogelijk maken. Wat nu als we, pak ‘m beet, 250 jaar oud zouden worden? Wat dan? Denken we dan nog steeds dat het onze tijd wel zal duren? In het kielzog van onze beperkte levensduur hoor ik ook vaker dan me lief is de echo dat de volgende generatie nog alle tijd heeft om het tij te keren als het gaat om aangekondigde globale rampspoed. Maar wat nu als we zo oud zouden worden dat al die aangekondigde rampspoed ons ook daadwerkelijk gaat overkomen?

Als de mensheid ergens goed in is, dan is het wel uitstelgedrag. Ik pleit mezelf niet vrij. Ik hoor mezelf nog zeggen bij de geboorte van Fleur (8): “Fleurtje gaat de wereld een stukje beter maken.” Ammehoela, vader! Daar kun je toch geen kind mee opzadelen? Wij, de generatie van nu, de levenden volwassenen, moeten in ieder geval alvast een uiterste inspanning leveren om een beginnetje te maken met het beter maken van onze wereld. Want onze kinderen gaan het allemaal wél meemaken. En anders hun kinderen wel.

Vooruitschuiven is allang geen optie meer. We hebben niet meer alle tijd.

En dat begint de volgende keer dat u en ik in het stemhokje staan. Want wij kiezen de mensen die er NU voor moeten zorgen, dat iedereen die wij liefhebben in deze wereld ook straks, in hun wereld, hun geliefden onbekommerd kunnen koesteren.

Disclaimer: Gratis stukje, doneren mag natuurlijk ook:
vadertje.backme.org

Menno Voorwinde

Door schade en schande wijs geworden. Eigenwijze donder. Twijfelt aan alles in de wetenschap dat wijsheid begint bij twijfel.

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.