Eén maand.
Zolang heeft de voorzijde van mijn huisje in de steigers gestaan. Eén dag is er door de schilders gebruik van gemaakt.
Dat zit zo:
Een aantal jaar geleden heeft woningbouwvereniging Dudok een grootschalige renovatie van mijn buurt doorgevoerd. Dat wilden ze niet, maar dat is – na ongeveer twee decennia ruziën – door bewoners afgedwongen. De woningbouwvereniging had het liefst de huizen – die ontworpen zijn door hun naamgever – met de grond gelijk gemaakt. Om vervolgens door, meestal afzichtelijke, nieuwbouw te vervangen. Woningbouwverenigingen zwemmen in de poen, maar als er gerenoveerd, verbouwd of gerepareerd moet worden, is de kas kennelijk plotseling leeg. Althans dat zou je denken als je de kwaliteit van de aanpassingen beziet. Vanwege die uiterst zuinige investering destijds is er nu, een aantal jaar later, alweer een nieuwe renovatie nodig om vroegtijdig verval te herstellen.
Toegegeven: er moest ook vanwege snel veranderende leefkwaliteitsregelgeving, wettelijke aanpassingen worden gedaan. Dat betrof extra isolatie, ventilatie en elektrische veiligheid. Voor geen van die werkzaamheden was echter een steiger nodig. Die was uitsluitend voor de schilders neergezet. En niet alleen bij mij, maar bij de hele straat. Want steigerbouwers gaan een stuk sneller dan schilders. Dat snap ik. De verhouding is wel zoek. Drie weken lang kwam één keer per week een man met hamer langs die een paar klappen hier en daar op knooppunten in de steigers gaf. Dat duurde per keer ongeveer één minuut.
Elke ochtend zag ik de schilders mijn woning voorbij lopen om verderop in de straat aan de gang te gaan. Hun keet staat bij mij op de hoek. Het is een gevarieerd gezelschap. Jong en oud. De oude schilders weten wat ze doen en doen dat routinematig. Het zal hun tijd wel duren. Ze nemen overal hun Makita-radio mee waar vooral veel skyradio en hollandstalig uit klinkt.
En toen stopte ik met typen.
Het ging al moeizaam in etappes. Verdere schrijflust werd me volledig ontnomen toen het nieuws van wéér een oorlog mijn huiskamer binnendenderde. Surreële beelden van moordpartijen op onschuldige vrouwen, mannen en kinderen. Lichamen, half toegedekt, van mensen die op een bus stonden te wachten. Sommige droegen korte broeken. Een man die uit een auto hangt. Zomaar doorgeschoten. Vlak daarna brak op op X (twitter) een digitale oorlog uit. Zowel de échte oorlog als de digitale variant was misselijkmakend. Ik zag alleen maar leed. Het onvoorstelbare verdriet dat families overkomt. En de vrees dat door vergelding er nóg meer leed wordt gestapeld. Meer zag ik niet.
Het wie, wat en waarom is nooit belangrijk in een oorlog. De levens die het kost wel. Daar passen geen verklarende woorden bij. Laat staan mijn kleine ergernissen over een steiger die te lang in mijn tuin heeft gestaan.
Slechts stilte past.
Disclaimer: gratis stukje, ook via vadertje.backme.org te lezen